Aanpassingen pensioenreglementering voor kunstenaars
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Pensioenen Karine Lalieux een voorontwerp van wet goed tot aanpassing van de pensioenreglementering voor kunstwerkers.
In juli 2022 werd een akkoord bereikt over een hervorming van het kunstenaarsstatuut. De nieuwe regeling, die ingaat in op 1 januari 2024, zorgt voor een sterkere sociale bescherming van kunstwerkers.
Kunstwerkers werken vaak met atypische contracten en genieten daarom een aantal uitzonderingen in de werkloosheidsreglementering. De hervorming van het statuut heeft ook implicaties in de pensioenregelgeving. Voor de berekening van het werknemersrustpensioen zijn onder andere het loon en de arbeidsdagen belangrijke parameters. Vaak is het loon van de kunstwerker wel gekend, maar staat het niet geheel in verhouding tot de geleverde artistieke prestaties.
Daarnaast zijn de begrippen ‘arbeidsdag’ en ‘arbeidsperiode’ in de huidige pensioenreglementering niet afgestemd op de werkelijke prestaties van de kunstwerker. Er wordt om die reden aandacht besteed aan de niet-vergoedbare prestaties van de kunstwerker.
Met dit voorstel wordt de pensioenreglementering afgestemd op de RVA-regelgeving, die zijn vergoedingsdagen vaststelt in functie van het loonbedrag. Om de situatie van de kunstwerker te verbeteren worden de in de werkloosheidsreglementering niet-vergoedbare dagen van kunstwerkers beschouwd als arbeidsdagen in de werknemerspensioenreglementering. Dit zorgt er voor dat deze dagen in rekening gebracht worden voor de toegang tot en de berekening van het pensioen.
Het voorontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.