Twee keer zoveel meldingen van intimidatie en seksuele intimidatie in 2023
Brussel, 25 september 2024 - Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen heeft zijn jaarverslag voor 2023 gepubliceerd. Het bevat onder meer een hoofdstuk over de meldingen van gendergerelateerde discriminatie. In 2023 behandelde het Instituut meer dan 1.000 meldingen. Twee cijfers in het bijzonder vallen op: de meldingen van intimidatie stegen met 115% ten opzichte van vorig jaar. Ook de meldingen van seksuele intimidatie zijn meer dan verdubbeld.
De meldingen van intimidatie zijn gestegen van 55 in 2022 naar 118 in 2023, na een aantal jaren van relatieve stabiliteit. Deze meldingen hebben voornamelijk betrekking op intimidatie op de werkplek op grond van geslacht, moederschap, genderidentiteit of genderexpressie. Het aantal meldingen van seksuele intimidatie is ook toegenomen ten opzichte van 2022 (+104%, van 47 in 2022 naar 96 in 2023).
"Deze cijfers vormen slechts het topje van de ijsberg. Ze geven echter wel aan dat de hele samenleving zich geleidelijk aan bewust wordt van de onaanvaardbaarheid van intimidatie en seksuele intimidatie. Bovendien hebben verschillende rechtszaken de afgelopen jaren heel wat aandacht gekregen in de media. De rol van het Instituut als onafhankelijke instelling die slachtoffers van intimidatie en seksuele intimidatie verdedigt kwam daarbij sterk in de schijnwerpers te staan. Deze twee factoren hebben ongetwijfeld een rol gespeeld bij de aanzienlijke toename van het aantal meldingen over dit type feiten."
Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen
Het aantal meldingen van discriminatie op het werk blijft hoog
Het jaarverslag laat ook zien dat werk nog steeds het domein is met het hoogste aantal meldingen (32% van het totaal), ruim vóór andere domeinen zoals diensten en onderwijs. Meer dan een op de twee meldingen wordt gedaan door vrouwen, terwijl 25% afkomstig is van mannen. De meest voorkomende vormen van discriminatie hebben betrekking op toegang tot werk (37%), arbeidsomstandigheden en loon (34%) en de beëindiging van de arbeidsrelaties (26%). Een derde van de meldingen met betrekking tot werk houdt verband met moederschap in ruime zin.
”Ondanks een zekere vooruitgang blijft de werkplek fundamenteel ongelijk, in het nadeel van vrouwen en genderminderheden. Deze groepen worden nog steeds benadeeld door onbewuste vooroordelen bij de aanwerving, de beloning en de toewijzing van verantwoordelijke functies. En de komst van een kind in het gezin verergert deze genderstereotypen maar al te vaak. Vrouwen worden vaker gediscrimineerd en ongelijk behandeld vanwege zwangerschap, moederschap of medisch begeleide voortplanting. Maar ook mannen melden discriminatie bij het Instituut op basis van hun gezinsverantwoordelijkheden.”
Liesbet Stevens, adjunct-directeur
Naast discriminatie ging bijna een op de vijf meldingen over strafrecht en seksueel strafrecht. Deze term omvat in het bijzonder de verspreiding van seksueel getinte inhoud zonder toestemming, sextortion en voyeurisme. Er is een gestage toename van deze categorie meldingen sinds het Instituut in 2020 hiervoor bevoegd werd.
Tot slot ontving het Instituut ook 91 meldingen van haatdragend gedrag, waarvan 86 over haatspraak en 25 over misdrijven met een discriminerende verzwarende omstandigheid.
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen moedigt iedereen die slachtoffer of getuige is geweest van discriminatie op grond van geslacht of gender aan om gratis contact op te nemen op het nummer 0800 12 800 (kies optie 1 in het menu) voor informatie, advies en aangepaste ondersteuning.
Meer informatie over deze statistieken is te vinden in het jaarverslag 2023.