Hoort bij Ministerraad van 11 december 2020
COVID-19 : verlenging van de toekenningstermijn van de in aanmerking komende kredieten voor een staatswaarborg voor KMO's
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Financiën Vincent Van Peteghem een ontwerp van koninklijk besluit goed tot verlenging van de toekenningstermijn en de maximumduur van de in aanmerking komende kredieten voor een staatswaarborg voor bepaalde kredieten aan kmo's in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus.
Het ontwerp wordt genomen ter uitvoering van de wet van 20 juli 2020 tot verstrekking van een staatswaarborg voor bepaalde kredieten aan kmo's in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus.
Deze wet voorziet dat:
- de gewaarborgde kredieten, kredieten zijn met een looptijd van meer dan 12 maanden en maximaal 36 maanden die door een kredietgever aan een kredietnemer worden toegekend tussen de datum van inwerkingtreding van deze wet en 31 december 2020
- de maximaal gewaarborgde interesten, zowel de interesten als de geïmputeerde vergoeding zijn, die door een kredietnemer onder een gewaarborgd krediet verschuldigd zijn tot en met de vervaldag, begrensd tot:
- 2,00% interest op jaarbasis
- een door de kredietgever aan de kredietnemer geïmputeerde vergoeding van ten hoogste 50 basispunten
- het vergoedingstarief 50 basispunten bedraagt op jaarbasis van de maximaal beschikbare hoofdsom van elk gewaarborgd krediet
Het ontwerp beantwoordt aan de volgende drie doelstellingen:
- de verlenging van de toekenningstermijn van de gewaarborgde kredieten tot 30 juni 2021
- de uitbreiding van de maximale looptijd van de in aanmerking komende kredieten tot vijf jaar
- de verhoging van het vergoedingstarief en de maximaal gewaarborgde interesten:
- het is de bedoeling het vergoedingstarief vast te stellen op 100 bps voor kredieten met een looptijd van meer dan 36 maanden
- de maximaal gewaarborgde interesten worden voor de kredieten met een looptijd van meer dan 36 maanden begrensd op 2,5% interest op jaarbasis, vermeerderd met een door de kredietgever aan de kredietnemer geïmputeerde vergoeding van ten hoogste 100 bps
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.