Economische begroting 2018-2019
De ministerraad neemt op voorstel van minister van Economie Kris Peeters akte van de cijfers van de economische begroting 2018-2019, gecommuniceerd door het Instituut voor de Nationale Rekeningen.
De bbp-groei van de eurozone zou dit jaar 2,1% bedragen. Voor 2019 wordt een groeivertraging tot 1,8% verwacht. Dit scenario gaat gepaard met belangrijke risico’s. Een escalerende handelsoorlog zou de groei van de wereldeconomie fnuiken. Ook is er nog geen duidelijkheid over de handelsrelaties tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie eens de brexit een feit is. Ten slotte kan onzekerheid over het budgettair beleid in sommige eurolanden de vrees voor een nieuwe eurocrisis aanwakkeren.
De Belgische bbp-groei bleef met 0,3% in het eerste kwartaal van 2018 onder de verwachtingen, maar hernam licht tot 0,4% in het tweede kwartaal. Dat groeitempo zou zich handhaven in het tweede halfjaar. Op jaarbasis zou de Belgische bbp-groei licht vertragen van 1,7% in 2017 tot 1,5% in 2018, wat vooral het gevolg is van de groeivertraging van de uitvoer. De groei van de binnenlandse vraag zou in 2018 eveneens vertragen, waarbij de bescheiden toename van de particuliere consumptie deels wordt gecompenseerd door tijdelijk hogere overheidsinvesteringen. In 2019 zou de groei van zowel de uitvoer als de binnenlandse vraag aantrekken, maar door de dynamiek van de invoer zou de economische groei zich stabiliseren op 1,5%.
Het aantal jobs steeg de voorbije twee jaar samen met 123 000 eenheden (een gemiddelde stijging van 1,3% per jaar). Tegen de achtergrond van een sterkere loonkostenstijging wordt een minder uitgesproken werkgelegenheidstoename verwacht in 2018 en 2019 van in totaal ruim 100 000 personen (gemiddeld 1,1% per jaar). Het aantal loontrekkenden in de marktsector zou met 79 000 personen toenemen en het aantal zelfstandigen met ruim 21 000 personen, terwijl de jobcreatie bij de overheid (die de voorbije twee jaar nog 7 000 personen bedroeg) beperkt zou blijven tot bijna 1 000 personen.
De Belgische inflatie, gemeten aan de hand van het nationaal indexcijfer van de consumptieprijzen, bedroeg 2,1% in 2017. In 2018 nemen de prijzen van alle energiegrondstoffen verder toe, waardoor de inflatie met 2% nauwelijks afkoelt. De inflatie zou ook in 2019 slechts licht afkoelen (tot 1,9%). Enerzijds heeft de quasi-stabilisering van de energieprijzen een matigend effect. Anderzijds duwt de stijgende binnenlandse kostendruk (als gevolg van toegenomen spanningen op de arbeidsmarkt) de onderliggende inflatie hoger. De groei van de gezondheidsindex zou in 2018 (1,7%) achterblijven op de inflatie en er in 2019 (1,8%) bijna gelijke tred mee houden. Overeenkomstig onze maandvooruitzichten voor de gezondheidsindex, zou de huidige spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen (107,20) worden overschreden in december 2019.