Harmonisatie van de wetgeving over de strafprocedure
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Justitie Annelies Verlinden twee voorontwerpen van wet goed die respectievelijk de wetgeving omtrent de strafprocedure en de geldende wetsbepalingen van Justitie afstemmen op het Strafwetboek van 29 februari 2024.
Het nieuwe Strafwetboek, aangenomen bij de wetten van 29 februari 2024 tot invoering van Boek I van het Strafwetboek en tot invoering van Boek II van het Strafwetboek, treedt in werking op 8 april 2026.
In dit kader heeft het eerste voorontwerp van wet als doel de wet houdende de Voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafvordering en de wet betreffende de voorlopige hechtenis aan te passen met het oog op de inwerkingtreding van het nieuwe Strafwetboek.
Het tweede voorontwerp omvat de nodige wetswijzigingen die de mogelijkheid bieden een deel van de federale wetgeving die onder de bevoegdheid van Justitie ressorteert, af te stemmen op de nieuwe beginselen die door het Strafwetboek worden ingevoerd.
De aanpassingen die door beide voorontwerpen worden doorgevoerd, zijn vooral technisch van aard en betreffen voornamelijk de bijwerking van de verwijzingen naar de nieuwe nummering, de omzetting van de straffen volgens de niveaus waarin voortaan wordt voorzien en de harmonisatie van de gebruikte terminologie.
De voorontwerpen worden ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Voorontwerp van wet houdende harmonisatie van de wet houdende de Voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafvordering en de wet betreffende de voorlopige hechtenis met het Strafwetboek van 29 februari 2024
Voorontwerp van wet houdende harmonisatie van de geldende wetsbepalingen van Justitie met het Strafwetboek van 29 februari 2024