Overeenkomst met Oeganda inzake arbeid door gezinsleden van diplomatiek personeel - Tweede lezing
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot in tweede lezing een voorontwerp van wet goed ter instemming met een verdrag met Oeganda dat het verrichten van betaalde werkzaamheden vergemakkelijkt voor gezinsleden van diplomatiek personeel.
Hoewel het volgens de Verdragen van Wenen inzake diplomatiek en consulair verkeer niet onmogelijk is voor familieleden van diplomatiek personeel om een beroep uit te oefenen, wordt dit bemoeilijkt door bepaalde voorrechten en immuniteiten.
Het verdrag tussen België en Oeganda is wederkerig en stelt dat:
- de begunstigden van de overeenkomst de echtgeno(o)t(e) en de ongehuwde kinderen jonger dan achttien jaar van diplomatieke of consulaire ambtenaren en van de andere personeelsleden van de diplomatieke zendingen en consulaire posten zijn
- de immuniteit van rechtsmacht niet van toepassing is op handelingen die voortvloeien uit deze arbeid
- de begunstigden onderworpen zijn aan de belasting- en sociale zekerheidsstelsels in het land waar de arbeid plaatsvindt
Het voorontwerp, aangepast aan het advies van de Raad van State, wordt ter ondertekening voorgelegd aan de Koning met het oog op de indiening ervan bij de Kamer van volksvertegenwoordigers.
Voorontwerp van wet tot instemming met Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Oeganda inzake het op grond van wederkerigheid verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het personeel van de diplomatieke missies en consulaire posten, gedaan te Kampala op 8 december 2022