Partnerlanden van de gouvernementele samenwerking
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo een ontwerp van koninklijk besluit goed met de partnerlanden van de gouvernementele samenwerking.
De Belgische ontwikkelingssamenwerking wil zich de volgende jaren concentreren op fragiele landen en post-conflictzones. Ze zal dat doen in geografisch homogene regio’s: Noord- en West-Afrika en de regio van de Grote Meren. Deze inhoudelijke en geografische focus gaat versnippering tegen en laat een coherente aanpak toe van grensoverschrijdende problemen, zoals vrede, veiligheid, regionale stabiliteit, klimaat en migratie. Bij de selectie van de landen werd ook rekening gehouden met de graad van armoede en dus gekozen voor de minst ontwikkelde en armste landen.
Twee nieuwe landen doen hun intrede als partnerland van de Belgische ontwikkelingssamenwerking: Burkina Faso en Guinee.
De volledige lijst van partnerlanden omvat: Benin, Burkina Faso, Burundi, Democratische Republiek Congo, Guinee, Mali, Marokko, Mozambique, Niger, Oeganda, Palestina, Rwanda, Senegal en Tanzania.
De landen die niet langer een partnerland van de gouvernementele samenwerking zijn, komen terecht in een exitprogramma van maximum vier jaar waarin de lopende interventies van de gouvernementele samenwerking worden afgerond en andere vormen van samenwerking worden voorbereid.