Re-integratie van arbeidsongeschikte werknemers
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Werk David Clarinval een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van de codex over het welzijn op het werk wat de re-integratie van arbeidsongeschikte werknemers en de preventie van langdurige afwezigheid betreft.
Dit ontwerp van koninklijk besluit past binnen het doel van de regering, zoals opgenomen in het regeerakkoord, om vanaf het begin van de legislatuur een globaal plan op te stellen voor de preventie en reïntegratie van langdurig zieken met als doel de verschillende betrokken actoren, namelijk werknemers, werkgevers, artsen en ziekenfondsen, te responsabiliseren.
Dit ontwerp past de huidige tekst van de welzijnscodex aan om de volgende maatregelen op te nemen die verband houden met de rol van de werknemer, de arts en de preventieadviseur-arbeidsarts:
- een vereenvoudigde communicatie tussen de preventieadviseur-arbeidsarts, de behandelende arts en de adviserend arts
- de mogelijkheid voor de werkgever om een informeel traject op te starten
- de mogelijkheid voor de werknemer, die nog niet ziek is maar het risico loopt om dat te worden, om een preventief re-integratietraject aan te vragen
- de verplichting voor de werkgever om contact te houden met de werknemers die arbeidsongeschikt zijn
- het maakt het mogelijk voor de werkgever om een re-integratietraject te starten vanaf het begin van de arbeidsongeschiktheid en legt hem de verplichting op om na acht weken een inschatting te maken van het arbeidspotentieel van de werknemer
- het maakt het mogelijk om ook werk bij andere werkgevers te zoeken
- het bepaalt dat de werknemer die de uitnodiging van de arbeidsarts niet heeft aanvaard, gesanctioneerd kan worden
De maatregelen treden in werking op 1 januari 2026.
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State, aan de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het Werk en aan de Gegevensbeschermingsautoriteit.