21 apr 2006 17:00

Arbeidskaarten

Vanaf 1 juni versoepeling procedure arbeidskaarten voor moeilijk in te vullen vacatures

Vanaf 1 juni versoepeling procedure arbeidskaarten voor moeilijk in te vullen vacatures

De ministerraad keurde het ontwerp van koninklijk besluit goed dat voorziet in een verlenging van de overgangsperiode voor de openstelling van de grenzen voor werknemers van de nieuwe Europese lidstaten. Tegelijk nam hij het ontwerp van koninklijk besluit aan dat de procedure vastlegt voor de aanvraag van de arbeidsvergunningen en arbeidskaarten voor de beroepen die opgenomen zijn in de lijsten met moeilijk in te vullen vacatures. Die lijsten zijn eerder deze week door de drie regio's en de Duitstalige gemeenschap aan de federale regering overgemaakt. De Minister van Werk zal de Europese Commissie ervan op de hoogte brengen dat België de grenzen nog niet openstelt. Hij benadrukt dat dit niet te maken heeft met enig wantrouwen tegen inwoners van de nieuwe lidstaten. Maar de minister wil eerst de nodige maatregelen nemen om misbruiken met buitenlandse arbeidskrachten te verhinderen. Er wordt momenteel hard gewerkt om deze controlemechanismen zo vlug mogelijk te realiseren. Pas daarna gaan de grenzen open en kan het vrij verkeer voor werknemers in correcte omstandigheden verlopen. In afwachting zal voor een groep van moeilijk in te vullen vacatures het aanwerven van werknemers uit de nieuwe lidstaten vergemakkelijkt worden. Voor die groep zal vanaf 1 juni een arbeidskaart B worden afgeleverd binnen de 5 werkdagen, dat wil zeggen zonder dat er een arbeidsmarktonderzoek nodig is. Het gaat om beroepen waarvan de gewesten, in overleg met de sociale partners, geoordeeld hebben dat ze moeilijk in te vullen zijn door werklozen van ons land. De ministerraad heeft zopas de lijsten aanvaard. Het gaat om vier verschillende lijsten: één voor Vlaanderen, Wallonië, Brussel en de Duitstalige gemeenschap. De lijst van Vlaanderen telt 113 moeilijk in te vullen vacatures, Wallonië telt er 90, Brussel 52 en de Duitstalige gemeenschap 53. Op deze manier wordt er tegemoet gekomen aan de specifieke behoeften van elke regio. Deze buitenlandse arbeidskrachten moeten echter wél aan dezelfde loon- en arbeidsvoorwaarden werken als Belgische werknemers. Maar ook voor die vacatures moeten de nodige en zelfs bijkomende inspanningen worden geleverd voor het opleiden van Belgische werklozen, zodat zij makkelijker aan een job geraken.