Coronacrisis doet de loonkloof licht verkleinen (en toch is dit geen goed nieuws)
Brussel, 28 september 2022 – De coronapandemie en de beschermende maatregelen hadden een enorme impact op de tewerkstelling in 2020. De impact op de loonkloof blijft echter beperkt en lijkt op het eerste zicht zelfs positief: de loonkloof verkleint licht ten opzichte van 2019. Maar de oorzaak blijkt minder goed nieuws: veel vrouwen met lage lonen waren namelijk niet aan het werk.
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen brengt nieuwe loonkloofcijfers uit op basis van de gegevens van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) van 2020. De loonkloof bedraagt 8,5% gecorrigeerd voor arbeidsduur en 21,6% ongecorrigeerd. Dit is een lichte daling ten opzichte van het voorgaande jaar. Gewoonlijk wijst dat op de geleidelijke verbetering van de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt in het algemeen. In 2020 was er iets anders aan de hand. Jobverlies en tijdelijke werkloosheid werden buiten proportie meer gedragen door arbeiders en arbeidsters. De afwezigheid op de arbeidsmarkt van arbeidsters, vaak met erg lage lonen, zorgde ervoor dat zij niet werden opgenomen in de berekening van het gemiddelde loon van vrouwen. Gevolg: een gemiddeld hoger loon voor vrouwen in 2020 en een kleinere loonkloof.
Hoewel iedereen geconfronteerd werd met de pandemie, was het snel duidelijk dat de effecten ervan ongelijk verdeeld waren. Kortgeschoolden konden vaker niet thuiswerken, tijdelijke contracten werden niet verlengd, wie werkloos was, bleef dat ook in die periode. Binnen deze categorie tekent zich ook nog een grote genderkloof af: vrouwen staan vaak kwetsbaarder dan mannen. Hun lonen liggen doorgaans een stuk lager dan die van kortgeschoolde mannen. Bovendien werkt 71% van de arbeidsters deeltijds tegenover 15% van de arbeiders[1] De gemiddeld al heel lage uurlonen van arbeidsters leveren op het eind van de maand dus weinig op.
Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut, legt uit: “De gevolgen van de pandemie waren ongelijk verdeeld. Mensen die al kwetsbaar op de arbeidsmarkt stonden, kregen het vaak het hardst te verduren. Denk aan poetsvrouwen, keukenhulpen, fabrieksarbeidsters ,… We moeten gerichte actie ondernemen om deze groep te ondersteunen, zodat ze het hoofd boven water houden in huidige en toekomstige crisissen.”
Sarah Schlitz, staatssecretaris voor Gendergelijkheid: "De COVID-19-pandemie en de maatregelen om deze in te dammen hebben vrouwen onevenredig zwaar getroffen. Vrouwen vormen de grote meerderheid in veel zogenaamde essentiële beroepen in de gezondheidszorg en personenzorg, detailhandel, kinderopvang, schoonmaak, enz. Ze stonden vooraan in de strijd tegen de pandemie, terwijl net die banen maatschappelijk en financieel ondergewaardeerd worden. Vooral de meest kwetsbare vrouwen werden zwaar getroffen door de sociale en economische gevolgen van de gezondheidscrisis. Daarom lanceer ik vandaag ‘Bread & Roses’, een oproep om projecten in te dienen om de inclusie en het duurzaam aan de slag houden van vrouwen in kwetsbare situaties te bevorderen op de Belgische arbeidsmarkt, als werkneemsters en/of zelfstandigen."
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen werkt voor de voorbereiding en de samenstelling van de loonkloofrapportages samen met de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, Statbel (AD Statistiek - Statistics Belgium), de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en het Federaal Planbureau.
[1] Bron: RSZ (berekening IGVM), datajaar 2020.