25 aug 2005 02:00

Jaarverslag CGVS

Het zeventiende jaarverslag van het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen is verschenen. Het jaarverslag 2004 verduidelijkt niet alleen de werking van het Commissariaat-generaal, maar biedt eveneens een algemeen overzicht van de asielproblematiek in België.

Het zeventiende jaarverslag van het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen is verschenen. Het jaarverslag 2004 verduidelijkt niet alleen de werking van het Commissariaat-generaal, maar biedt eveneens een algemeen overzicht van de asielproblematiek in België.

Brussel, 24 augustus 2005 In 2004 werden er in België 15.357 asielaanvragen ingediend. Dit is voor het vierde opeenvolgende jaar een daling ten opzichte van het piekjaar 2000 met 41.940 aanvragen. Meer dan een derde (39%) van de kandidaat-vluchtelingen kwam uit Afrikaanse landen, met DR Congo op kop. Andere belangrijke herkomstlanden waren de Russische Federatie, Servië-Montenegro, Slovakije, Turkije en Iran. In vergelijking met andere landen van de Europese Unie en het aantal asielaanvragen midden de jaren '90 bleef het aantal asielaanvragen in België relatief hoog. Uit de cijfers van het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen (HCV) bleek een algemene sterke vermindering van het aantal asielaanvragen in 2004. De daling van de instroom was in België echter duidelijk minder scherp dan in andere Europese landen zoals Nederland (laagste niveau sinds 1988) of Duitsland (laagste niveau sinds 1984). Het Commissariaat-generaal is nog steeds een sleutelorganisatie in het geheel van de asielprocedure. Het beoogt een open, betrouwbare en besluitvaardige instelling te zijn. Het slaagt er in efficiëntie te koppelen aan hoge kwaliteit. Het Commissariaat-generaal is zich zowel bewust van de noodzaak van bescherming en de precaire, onzekere situatie van vluchtelingen, als van het belang van een efficiënte en snelle selectie tussen gegronde en ongegronde asielaanvragen. Sinds 2001 wordt het LIFO-principe (Last In, First Out) toegepast, waardoor de recente aanvragen bij voorrang behandeld worden. Zo slaagt het Commissariaat-generaal er in om voor de recente aanvragen in de ontvankelijkheidsfase een beslissing te nemen binnen 2 à 3 maanden na de aanvraag. In een meerderheid van de gevallen gaat het om eindbeslissingen voor onontvankelijke of manifest ongegronde aanvragen. Zo zijn er in 2004 binnen een korte termijn 7.246 aanvragen afgewezen. Voor de behandeling ten gronde bestaat er nog een achterstand, die voornamelijk ontstaan is door het groot aantal aanvragen in 1999 en 2000. Maar het Commissariaat-generaal is op weg die achterstand in te halen. De achterstand daalde van 44.000 dossiers in augustus 2001 tot 20.098 dossiers eind 2004. In 2005 is de werklast intussen teruggebracht tot 13.786 dossiers (stand van zaken op 23 augustus 2005). Met het inhalen van de achterstand is ook het aantal erkenningen sterk toegenomen. In 2004 erkende de Commissaris-generaal 2.275 personen als vluchteling. De erkende vluchtelingen kwamen voornamelijk uit de Russische Federatie (Tsjetsjenië), Rwanda, Servië-Montenegro, DR Congo, Irak en Iran. Deze trend zet zich door in 2005 met reeds 2.022 erkenningen (stand van zaken op 23 augustus 2005). In 2004 bleef het oneigenlijk gebruik van de asielprocedure groot. Het grootste gedeelte van de asielaanvragen bleek onontvankelijk of ongegrond te zijn: 86% van de eindbeslissingen is negatief. In de meeste gevallen wordt een asielaanvraag geweigerd bij gebrek aan geloofwaardigheid: de aangehaalde identiteit, de herkomst of feiten blijken verzonnen of niet waar te zijn. In sommige gevallen is er sprake van manifeste fraude. De kwaliteit van de beslissingen is gegarandeerd. De voorbije jaren had het Commissariaat-generaal voor de behandeling van asielaanvragen waarborgen ontwikkeld, die de procedure op het Commissariaat-generaal een quasi-jurisdictioneel karakter gaven. Die waarborgen werden bij koninklijk besluit vastgelegd. Dit besluit is in werking getreden begin 2004. Een zeer goede kennis van de situatie in het land van herkomst is van cruciaal belang. In het kennisbeheer is er in 2004 een belangrijke stap voorwaarts gezet met de installatie van een geïnformatiseerde databank. Eind 2004 bevatte deze databank al meer dan 35.000 documenten, waaronder rapporten, foto's en gedetailleerde kaarten. Een geavanceerde zoekmotor maakt het mogelijk op een efficiënte en nauwkeurige manier gegevens op te sporen. Contactpersonen: Caroline Ingelbrecht (Nederlandstalig): Telefoon: 02-205 68 18 Gsm: 0472-68 38 01 E-mail: caroline.ingelbrecht@ibz.fgov.be Arlin Bagdat (Franstalig): Telefoon: 02-205 50 56 Gsm: 0478-32 91 47 E-mail: arlin.bagdat@ibz.fgov.be De elektronische versie van deze persmededeling alsook van het jaarverslag 2004 bevindt zich op de website van het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen: www.belgium.be/cgvs. Opdracht van het CGVS: Het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen is de belangrijkste asielinstantie in België. Het CGVS wordt geleid door een commissaris-generaal en twee adjunct-commissarissen die op onafhankelijke en onpartijdige wijze te werk gaan. De commissarissen bieden bescherming aan vreemdelingen die een vrees voor vervolging koesteren in de zin van de Conventie van Genève van 28 juli 1951. En 500-tal medewerkers worden hen ter beschikking gesteld door de Minister van Binnenlandse Zaken. Het Commissariaat-generaal treedt in de asielprocedure op als beroepsinstantie in de ontvankelijkheidsfase of als eerste instantie in de procedure ten gronde.