19 okt 2018 17:49

Ontbinding van Famifed en overdracht van goederen aan de deelstaten

De ministerraad keurt op voorstel van eerste minister Charles Michel en minister van Sociale Zaken Maggie De Block een ontwerp van koninklijk besluit goed dat de overdracht van de goederen, rechten en plichten van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag aan het Waalse Gewest, de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie organiseert in het kader van de ontbinding ervan.

Als gevolg van de zesde staatshervorming werd de bevoegdheid omtrent gezinsbijslag overgeheveld naar de vier deelentiteiten. Om de overdracht te vergemakkelijken en de continuïteit van de betalingen te garanderen, werd in een overgangsperiode voorzien waarin de federale betaalinstellingen het administratieve beheer en de betaling van de gezinsbijslag voor rekening van de deelentiteiten voortzetten. De overgangsperiode begon op 1 juli 2014 en zal, wat de Vlaamse Gemeenschap, het Waals Gewest en de Duitstalige Gemeenschap betreft, op 31 december 2018 eindigen, en wat de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie GGC betreft, op 31 december 2019. Rekening houdend met het naderende einde van deze overgangsperiode, werden wettelijke bepalingen uitgevaardigd om de ontbinding van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (Famifed) te regelen.

Het ontwerp heeft tot doel de goederen van Famifed te verdelen onder de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Het regelt eerst en vooral de verdeling van de onroerende goederen onder de vier deelstaten, op basis van de geografische ligging van de goederen in kwestie. Het ontwerp bepaalt met het oog op financiële billijkheid bij de verdeling, een financiële compensatie ten laste van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie voor de drie andere deelentiteiten, als tegenprestatie voor het gebouw in de Trierstraat 70 te 1000 Brussel, dat volledig als exclusieve eigendom aan haar wordt afgestaan.

Het ontwerp bepaalt vervolgens de regels voor de verdeling van de reserves opgebouwd in de loop van de jaren 2015 tot 2018, de verdeling van het werkkapitaal van Famifed tussen de deelentiteiten op het einde van de overgangsperiode, de eindafrekening van de aan Famifed verleende voorschotten op de kinderbijslag en de verdeling van de roerende goederen.

Het ontwerp regelt daarnaast de verdeling van de regularisaties van de hoofdelijke bijdragen en de bijdragen van zelfstandigen, evenals de verdeling van de bedragen die gerecupereerd worden ten voordele van het voormalige Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten. Het regelt de bevoegdheid van de deelstaten op het vlak van rechtsvordering of klachten ingediend tegen huidige of voormalige personeelsleden van Famifed. Ten slotte duidt het aan wie belast wordt met de opheffing van Famifed en hoe de kosten verbonden aan deze opheffing verdeeld zullen worden.

Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.