21 apr 2006 14:31

OVSE-Voorzitter betuigt deelneming overlijden Franse expert door een landmijnongeval in Tadzjikistan

OVSE-Voorzitter Karel De Gucht, de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken, heeft zijn medeleven betuigd aan de familie van een Franse expert die op 19 april in Tadzjikistan door een ontplofte landmijn werd gedood.

OVSE-Voorzitter Karel De Gucht, de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken, heeft zijn medeleven betuigd aan de familie van een Franse expert die op 19 april in Tadzjikistan door een ontplofte landmijn werd gedood.

OVSE-Voorzitter betuigt zijn deelneming met het overlijden van een Franse expert door een landmijnongeval in Tadzjikistan BRUSSEL, 20 april 2006 - OVSE-Voorzitter Karel De Gucht, de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken, heeft zijn medeleven betuigd aan de familie van een Franse expert die op 19 april in Tadzjikistan door een ontplofte landmijn werd gedood. Warrant Officer Gilles Sarrazin werkte voor de Zwitserse Ontmijning Stichting (Fondation Suisse de Déminage, FSD), één van de OVSE-partners die concreet deelnemen aan de ontmijningsactiviteiten van de OVSE in Tadzjikistan. Hij liep zeer zware verwondingen op toen een antipersoonsmijn ontplofte tijdens een ontmijningsoperatie in een mijnenveld aan de Tadzjiekse-Afgaanse grens. Hij overleed aan zijn verwondingen in een ziekenhuis in de zuidelijke stad Pyanj. Azam Asrorov, een Tadzjiekse soldaat die op dat moment met M. Sarrazin aan het werk was, werd eveneens zwaar gewond door de ontploffing. Momenteel herstelt hij in een ziekenhuis in de hoofdstad Doesjanbe. "Ik betuig hierbij mijn oprechte medeleven aan de familie van M. Sarrazin en aan zijn organisatie, de FSD," zo heeft Minister De Gucht verklaard. "Bovendien hoop ik dat zijn collega uit Tadzjikistan snel zal herstellen van de verwondingen die hij door dit tragische ongeval heeft opgelopen." De OVSE-Voorzitter benadrukte tevens zijn steun voor het gezamenlijke OVSE/FSD-programma voor ontmijningen. "Dit programma is van vitaal belang voor de veiligheid van de Tadzjiekse bevolking," zo zei hij. "Ondanks dit vreselijke ongeval blijf ik dit initiatief absoluut steunen. Ik koester een diepe bewondering voor het werk en de toewijding van de mensen die zich voor dit project inzetten en die hun leven wagen om dat van anderen te redden." Het gezamenlijke ontmijningsprogramma van de OVSE en de FSD wordt gefinancierd door Canada, Japan, het kanton van Genève, Noorwegen, Zweden, België, het United Nations Development Programme (UNDP), het Verenigd Koninkrijk, de Karl Popper Stichting en de SI Genève Stichting. Tussen 1992 en 2005 werden er 225 Tadzjiekse burgers door landmijnen gedood en werden er 200 gewond.