PB-belgisch standpunt - richtlijn diensten interne markt-20040311
STANDPUNT VAN DE BELGISCHE REGERING OVER HET VOORSTEL
VOOR EEN RICHTLIJN BETREFFENDE DIENSTEN OP DE INTERNE MARKT.
Na een eerste analyse van het voorstel van de Commissie is de Belgische regering van oordeel dat dit voorstel niet zonder meer aanvaard of verworpen kan worden.
STANDPUNT VAN DE BELGISCHE REGERING OVER HET VOORSTEL VOOR EEN RICHTLIJN BETREFFENDE DIENSTEN OP DE INTERNE MARKT. Na een eerste analyse van het voorstel van de Commissie is de Belgische regering van oordeel dat dit voorstel niet zonder meer aanvaard of verworpen kan worden.
Het voorstel van richtlijn kadert in de door België volkomen onderschreven strategie van Lissabon om van de Europese Unie tegen 2010 de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld te maken. Het gaat bovendien om de voltooiing van de interne markt en om diensten die voor bijna 70 % van het BNP en de werkgelegenheid instaan. Het voorstel biedt eveneens voordelen op het vlak van evaluatie en vereenvoudiging van procedures. De Belgische regering wil vermijden dat de harmonisering van nationale wetgevingen beperkt blijft tot die domeinen waar de lidstaten in de toekomst niet meer kunnen optreden. De Belgische regering roept de Commissie op om harmoniseringvoorstellen te doen voor bepaalde aspecten die worden behandeld in dit voorstel van richtlijn. België zal er, vanaf dit ogenblik en gedurende de hele onderhandelingen, over waken dat het voorstel van de Commissie in overeenstemming is met de communautaire en internationale rechtsorde. De Belgische regering meent, rekening houdend met de impact van de diensten van algemeen belang, dat dit voorstel moet worden aangevuld met een voorstel van richtlijn inzake diensten van algemeen belang en roept de Europese Commissie op om zo spoedig mogelijk een dergelijk voorstel te formuleren. Bepaalde basisprincipes stellen problemen voor de Belgische regering, die daarom speciale aandacht vraagt voor de concrete gevolgen van de toepassing ervan in de sectoren van onder meer het audiovisuele, de gezondheidszorg, de detachering en arbeidsbemiddeling (inclusief uitzendbureaus) en de private veiligheid. In dat kader meent de Belgische regering dat met name de volksgezondheid, de audiovisuele sector en bepaalde sociale diensten geheel of gedeeltelijk van de richtlijn moeten worden uitgesloten. De Belgische regering neemt nota van het feit dat de Gemeenschappen en Gewesten op dit ogenblik een algemeen voorbehoud hebben, voor het geheel van hun bevoegdheden. Het aanbod van de Commissie tot bilaterale consultaties wordt positief onthaald, zowel plenair als per sector. Verder is de Belgische regering van mening dat, rekening houdend met het horizontale karakter van het voorstel, alle betrokken Raadsformaties dit voorstel moeten bespreken. De Raad Competitiviteit blijft evenwel de « pilootraad ». De Belgische regering aanvaardt het tijdspad voor goedkeuring en toepassing dat voorzien is in het voorstel van richtlijn. Het overleg over dit voorstel van richtlijn zal worden verder gezet binnen de speciale werkgroep die hiertoe werd gecreëerd binnen de Directie Generaal Coördinatie en Europese Zaken van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.