30 jul 2007 12:41

REACTIE VAN KAREL DE GUCHT OP HET RAPPORT VAN DE EXPERTENGROEP DRCONGO

In New York werd op 18 juli 2007 het eindrapport van de expertengroep over de DRC openbaar gemaakt.

In New York werd op 18 juli 2007 het eindrapport van de expertengroep over de DRC openbaar gemaakt.

REACTIE VAN KAREL DE GUCHT OP HET RAPPORT VAN DE EXPERTENGROEP DRCONGO Brussel, 27 juli 2007 In New York werd op 18 juli 2007 het eindrapport van de expertengroep over de DRC openbaar gemaakt. Dit rapport kwam er overeenkomstig VN-Veiligheidsraadresolutie 1533 van 12 maart 2004 en situeert zich in het kader van het sanctieregime dat de VN heeft uitgevaardigd tegen Congo. België heeft dit rapport grondig kunnen bekijken. Het rapport bevat verwijzingen naar activiteiten die een band hebben met ons land. Na analyse van het rapport heeft de Belgische VN-ambassadeur, op instructie van minister De Gucht, een schrijven gericht aan het hoofd van de expertengroep met als vraag om gefundeerde aanwijzingen te verkrijgen over de eventuele betrokkenheid van Belgische onderdanen of bedrijven bij de financiering van gewapende groepen en militia, in het bijzonder in het oosten van Congo. "Voor België is transparantie bij de ontginning van natuurlijke rijkdommen van prioritair belang," stelt Minister van Buitenlandse zaken Karel De Gucht, die eraan toevoegt: "ik wil allereerst het belang onderstrepen dat België hecht aan het sanctieregime en de naleving ervan. België steunt dan ook ten volle de werkzaamheden van het sanctiecomité. Ik heb kennis genomen van het eindrapport van de expertengroep aan het sanctiecomité. Dit rapport bevat verwijzingen naar activiteiten die een band hebben met België. Hierover wil ik duidelijk zijn: indien er concrete aanwijzingen zijn dat Belgische onderdanen of bedrijven zich schuldig maken aan activiteiten die een overtreding vormen van de geldende sanctieregeling zal ik deze informatie overmaken aan het Federale Parket, dat het toekomt gepaste actie te ondernemen. Het is met dit doel voor ogen dat wij aan het hoofd van de expertengroep bijkomende informatie hebben gevraagd". "De Belgische justitie heeft al onderzoeken gestart naar kwesties die in het rapport worden genoemd - deze onderzoeken lopen nog. Zo loopt er ondermeer een onderzoek naar een poging tot verkoop van pyrochloor. De expertengroep werd van dit onderzoek mondeling geïnformeerd tijdens een officiële bijeenkomst met mijn diensten in België. In het belang van het lopende onderzoek konden toen geen verdere gegevens worden verstrekt. Het komt immers niet toe aan de politieke overheden om tussen te komen in lopende gerechtelijke onderzoeken. Wel zullen we bijkomende informatie geven eens het onderzoek is afgesloten. Ook zullen we alle relevante informatie die we van de expertengroep hopen te krijgen, overmaken aan de rechterlijke macht voor nuttige opvolging." aldus minister De Gucht. Minister De Gucht voegde er ook aan toe dat, volgend op zijn recent bezoek aan Rwanda en DRC, België er zowel in de EU als in de VN-Veiligheidsraad heeft op aangedrongen dat de internationale gemeenschap de beschikbare instrumenten aanwendt om de financiering van de gewapende groepen door illegale exploitatie van natuurlijke rijkdommen een halt toe te roepen. Het gaat daarbij enerzijds om het in kaart brengen van de bestaande netwerken door bv de Expertengroep van de Verenigde Naties. Anderzijds moet MONUC een ondersteunende rol spelen bij het ontwapenen van deze gewapende groepen door de Congolese strijdkrachten (FARDC), en bij het aanpakken van hun financieringsbronnen. Indien geen halt kan worden toegeroepen aan de illegale ontginning van bodemrijkdommen en de daarmee verbonden financiering van gewapende groepen, zullen de vijandelijkheden in Oost-Congo blijven voortduren, zo besloot Minister De Gucht.