18 mei 2004 19:15

Speech Verhofstadt-Opening Brose Group Gent

TOESPRAAK VAN EERSTE MINISTER GUY VERHOFSTADT BIJ DE OPENING VAN BROSE GROUP GENT.

Gent, 18 mei 2004.

TOESPRAAK VAN EERSTE MINISTER GUY VERHOFSTADT BIJ DE OPENING VAN BROSE GROUP GENT. Gent, 18 mei 2004.

Dames en heren, Nog niet zo lang geleden stonden her en der onheilsprofeten op om het definitieve einde van de industrie en meer bepaald de auto-industrie in België te voorspellen. Er waren ook moeilijkheden. Dat zal niemand ontkennen. Maar die moeilijkheden waren wereldwijd. Na 11 september dook de economische groei naar beneden en de werkeloosheid naar omhoog. Die economische terugval was uiteraard ook in België te voelen. Ook in de auto-industrie. Toch heb ik steeds geweigerd om die onheilsprofeten te geloven. Wij hebben met de regering geweigerd om ons neer te leggen bij de idee dat België als klein land toch niet het verschil kan maken in onze geglobaliseerde economie. Dat de Belgische economie slechts kan ondergaan. Meer nog, we hebben een heel pak aan maatregelen genomen om onze economie zuurstof te geven en om onze arbeidsmarkt aantrekkelijk te maken. We hebben dit gedaan in hoog tempo. Met drie superministerraden in twee maanden tijd. Volgens mensen van mijn administratie was de werkdruk van dit jaar de hoogste in dertig jaar. Het was ook nodig. Met onze beslissingen hebben we onze strategie ten aanzien van de werkgelegenheid en de industrie veranderd van een defensieve naar een offensieve aanpak. In plaats van af te wachten op beslissingen en evoluties van buitenaf, hebben we zelf het heft in handen genomen om België opnieuw aantrekkelijk te maken. Ik geef enkele voorbeelden. We hebben België opnieuw aantrekkelijk gemaakt voor nieuwe industriële ontwikkelingen door te investeren in clean technology. Vandaag waren we en zijn we nog steeds de grote specialisten in biotechnologie en farmaceutische industrie. Wij willen dit morgen ook zijn op het vlak van de nieuwe technologieën inzake motoren en brandstoffen. We hebben daar mogelijkheden gecreëerd die nu al vruchten afwerpen. Hetzelfde geldt voor het wetenschappelijk onderzoek. We hebben bijvoorbeeld beslist dat de wetenschappelijke instellingen voor hun onderzoekers voor de helft vrijgesteld zijn van het doorstorten van de bedrijfsvoorheffing. Ook dit heeft zijn succes al bewezen. Zo hebben verschillende bedrijven onlangs hun onderzoeks en ontwikkelingscentrum in België zeer sterk uitgebreid. De federale regering heeft nog andere maatregelen genomen die ten goede komen aan de auto-industrie. We hebben de belastingen op nacht en ploegarbeid verlaagd. We hebben de belastingen op lonen doen dalen. We hebben verschillende fiscale maatregelen genomen om investeringen in ons land aantrekkelijk te maken. Al deze maatregelen gelden bij uitstek voor de auto-industrie. En ik mag zeggen dat die het goed doet in ons land. Opel en Volkswagen draaien op volle toeren. En Ford heeft ondanks de moeilijke en pijnlijke herstructurering niet alleen beslist om in België te blijven, maar bovendien om voor 600 miljoen dollar extra te investeren en drie nieuwe modellen te bouwen in Genk. Vandaag hebben we bovendien vernomen dat ze ook die productie nog zullen opdrijven. De grootste investering is evenwel die van Volvo en Brose. Volvo Cars Gent en Brose Gent hebben maar liefst 2200 nieuwe jobs gecreëerd. Dit is het bewijs dat de zogenaamde onheilsprofeten met hun pessimistische voorspelling ongelijk hebben. Er is niet alleen nog plaats voor industrie in ons land, de industrie en meer bepaald de auto-industrie bloeit in ons land. Dames en heren, Wij moeten verder gaan met hervormen. We moeten verder gaan om ons land aantrekkelijk te maken voor de auto-industrie. Ik denk hierbij aan vier concrete maatregelen: 1. Vandaag moeten de werkgevers zelf het initiatief nemen en een gemotiveerde aanvraag mét opleidingsplan indienen. Daarom vind ik dat in de toekomst de VDAB zelf op een pro-actieve manier op zoek moet gaan naar ondernemingen om automatisch die IBO-contracten aan te bieden. 2. Ten tweede moeten we onze maatregel voor de ploegenarbeid uitbreiden. Waar werkgevers nu voor 1% zijn vrijgesteld van het doorstorten van de bedrijfsvoorheffing, moet dit in de toekomst naar 2% gaan. 3. Ploegenarbeid moet ook voor de werknemers aantrekkelijker gemaakt worden. We moeten het bedrag van forfaitaire beroepskosten voor arbeiders in ploegensysteem verhogen met 500 euro. Dit zou een incentive zijn van 250 euro voor de werknemer. Zo stimuleren we niet alleen industriële onderneming om in ons land te investeren. We stimuleren ook werknemers om in die industrie te gaan werken. 4. Tenslotte moeten werknemers die overuren presteren die over een langere tijd kunnen opsparen. Dames en heren, We hebben met deze regering inspanningen gedaan voor de industrie in het algemeen en de auto-industrie in het bijzonder. We zullen die inspanningen, die offensieve strategie verder zetten en versnellen. Sommigen vragen zich af of dit alles wel zin heeft. Ik kan die mensen vanaf vandaag één advies geven: ga eens naar Gent. Ga eens naar Brose en Volvo. Ga eens kijken naar dat prachtig nieuwe gebouw waar 2200 nieuwe jobs zijn gecreëerd en ingevuld door laaggeschoolden en langdurig werklozen. Mensen die anders weinig kansen krijgen. Ga daar maar eens kijken en u zal overtuigd zijn dat de auto-industrie een grote toekomst heeft in ons land. Ik wil afsluiten met u allen te zeggen: gefeliciteerd en welkom in België. Ik dank u.