12 mrt 2004 16:00

Voorwaarden tewerkstelling buitenlandse arbeidskrachten duidelijk omschreven

Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Werk en Pensioenen, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van het koninklijk besluit (*) houdende uitvoering van de wet (**) betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers naar aanleiding van de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Unie.

Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Werk en Pensioenen, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van het koninklijk besluit (*) houdende uitvoering van de wet (**) betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers naar aanleiding van de toetreding van nieuwe lidstaten tot de Europese Unie.

In het vooruitzicht van de nakende uitbreiding van de Europese Unie naar 10 Centraal en Oost-Europees landen geeft dit Koninklijk Besluit gestalte aan de houding van ons land om het vrij verkeer vanuit de nieuwe lidstaten gedurende 2 jaar te beperken. Het voorliggend ontwerp van koninklijk besluit berust op volgende principes: 1. Toepassing van de arbeidskaartverplichting gedurende twee jaar op de werknemers en hun gezinsleden komende uit de Tsjechische Republiek, de Republiek Estland, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, de Republiek Hongarije, de Republiek Polen, de Republiek Slovenië en de Slowaakse Republiek, met dien verstande dat de aanwerving van werknemers en hun gezinsleden uit deze landen die gedurende een ononderbroken periode van 12 maanden of meer legaal in België hebben gewerkt niet zal onderworpen worden aan een arbeidsmarktanalyse. De arbeidskaartverplichting geldt niet voor de werknemers uit Cyprus en Malta. 2. Toepassing van de Europese rechtspraak in die zin dat dienstverlenende ondernemingen gevestigd in de Europese Economische Ruimte hun werknemers tijdelijk kunnen detacheren naar België zonder arbeidskaartverplichting op voorwaarde dat: a. deze werknemers wettig worden tewerkgesteld in het land waar de onderneming is gevestigd b. deze arbeidsvergunning ten minste geldig is voor de duur van het in België uit te voeren werk . België zal de situatie na 2 jaar evalueren, op basis van een rapport van de Europese Commissie en in overleg met de andere lidstaten. Op basis van deze evaluatie kan deze periode eventueel verlengd worden, rekening houdend met het feit dat België het acquis inzake het vrij verkeer van werknemers binnen een korte termijn na de uitbreiding wil toepassen. (*) van 9 juni 1999. (**) van 30 april 1999.