24 okt 2013 19:35

Consument ook in de verzekeringssector beter beschermd

De ministerraad keurt op initiatief van minister van Economie Johan Vande Lanotte drie ontwerpen van koninklijk besluit goed die de gedragsregels, opgelegd door de Europese beleggingsrichtlijn, aanpassen aan de specifieke kenmerken van de verzekeringssector.

De gedragsregels voor de banksector zijn al een tijdje een feit. Vanaf 30 april 2014 zal ook de verzekeringssector zich hier aan moeten houden. Op die manier wordt de consument van bank- en verzekeringsproducten dezelfde bescherming geboden. De klant moet opnieuw kunnen vertrouwen op hetgeen zijn bankier of verzekeraar hem aanbiedt.

De wet van 30 juli 2013 en de uitvoeringsbesluiten die de ministerraad goedkeurde voorzien dat net zoals de bankiers ook de aanbieders van spaar-, beleggings- en schadeverzekeringen zich voortaan op een loyale, billijke en professionele manier inzetten voor de belangen van hun cliënten. Ze moeten hen te allen tijde correcte, duidelijke en niet-misleidende informatie bezorgen. Een verzekering die als veilig wordt verkocht, moet ook echt veilig zijn. En wanneer er risico aan vast hangt, moet dat aan de klant glashelder duidelijk worden gemaakt.

Specifiek voor de spaar- en beleggingsverzekeringen (tak 21 en 23) is bovendien bepaald dat verzekeringsinstellingen enkel die producten mogen aanbieden die passen bij het beleggingsprofiel van hun klant. De verzekeraar moet met andere woorden kijken naar de kennis, ervaring, financiële situatie en beleggingsdoelstellingen van zijn cliënt en op basis daarvan een geschikt product aanbevelen. Hij moet de consument ook waarschuwen voor keuzes en transacties die niet passen bij zijn profiel. Een brave huisvader die zijn spaarcenten enkel ergens veilig wil parkeren, mag dus niet naar een risicovol product worden toegeleid.

Wil de consument een schadeverzekering (auto-, brand-, diefstal-, hospitalisatieverzekering…) afsluiten dan zal de verzekeraar eerst en vooral goed moeten informeren naar wat die klant wil en wat die klant nodig heeft. Een goede verzekering is een verzekering die aan deze verlangens en behoeften beantwoordt. Zo zal bij het afsluiten van een autoverzekering bijvoorbeeld duidelijk moeten worden nagegaan hoeveel kilometers de cliënt in kwestie jaarlijks gemiddeld rijdt, of hij zijn auto enkel privé of ook professioneel gebruikt ... En bij een verzekering tegen diefstal zal bijvoorbeeld worden gevraagd of de consument al dan niet waardevolle juwelen in huis heeft. Door duidelijk te informeren willen we vermijden dat bepaalde goederen tegen een te lage of te hoge waarde zouden zijn gedekt of dat bepaalde risico’s worden gedekt terwijl de klant dit eigenlijk niet nodig vindt. Ook voorkomen we hiermee dat cliënten meermaals gedekt zouden zijn voor dezelfde risico’s. Het heeft immers geen nut een hospitalisatieverzekering af te sluiten wanneer de cliënt al een hospitalisatieverzekering heeft via zijn werk.

Tot slot komt er ook meer transparantie omtrent de kosten- en vergoedingsstructuur. Consumenten zullen op hun verzekeringsvoorstel duidelijk te zien krijgen hoeveel van hetgeen ze moeten betalen naar commissieloon gaat. Op die manier is ook de consument op de hoogte van welke commissie bij welk product hoort. Die duidelijkheid moet ook verhinderen dat de aanbieders van verzekeringen in de verleiding komen om enkel producten te verkopen waarop ze goed kunnen verdienen en hun commissie laten voorgaan op het belang van de klant.

De regeling zal in werking treden op 30 april 2014. Op die manier kan de sector zich grondig voorbereiden op deze hervorming.