17 jan 2003 16:00

Nieuw sociaal statuut voor onderzoekers met doctorale of post-doctorale beurs

Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken, de heer Charles Picqué, Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, en de heer Yvan Ylieff, Regeringscommissaris, toegevoegd aan de Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit (*) over het Sociaal statuut van de onderzoekers

Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken, de heer Charles Picqué, Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, en de heer Yvan Ylieff, Regeringscommissaris, toegevoegd aan de Minister van Wetenschappelijk Onderzoek, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit (*) over het Sociaal statuut van de onderzoekers

De vroegere reglementering kaderde in een context en in de geest van een tijd waarin de mobiliteit van de onderzoekers de uitzondering en zeker geen noodzaak was. Door zijn reglementering ter zake niet aan te passen, benadeelde België zijn universiteiten die steeds meer moeite hadden om talentvolle jonge buitenlandse onderzoekers aan te trekken. Maar nu krijgen dankzij deze nieuwe maatregel honderden onderzoekers met een doctorale of post-doctorale beurs binnenkort een beter sociaal statuut. De aanpassing houdt in dat de meeste onderzoekers een volledige sociale bescherming krijgen. Alleen onderzoekers uit een land waarmee België geen sociale zekerheids-verdrag heeft afgesloten, worden maar beperkt beschermd. Het heeft immers geen zin hen bijdragen te laten betalen voor bijv. pensioenen en werkloosheidsuitkeringen, als ze de opgebouwde rechten niet naar hun thuisland kunnen meenemen. Met deze maatregel wordt tegemoetgekomen aan het advies van de Federale Raad voor Wetenschapsbeleid, die stelt dat de (onduidelijkheid over) de huidige reglementering een hinderpaal vormt voor de internationale uitwisseling van vorsers. Ze halen daarbij aan dat: - dat universiteiten of wetenschappelijke instellingen nu zelfs private verzekeringen moeten afsluiten voor de post-doctoraatsstudenten die bij hen werken; - buitenlandse onderzoekers of de instellingen waar ze vandaan komen, niet weten of de Belgische instellingen effectief de nodige verzekeringen zullen afsluiten; - op de beurzen van onderzoekers van buiten de EU (of uit landen die geen verdrag met België hebben) bijdragen moeten betaald worden voor sociale rechten (pensioenen en werkloosheid) waarop ze toch geen aanspraak kunnen maken. De maatregel heeft betrekking op naar schatting 2000 onderzoekers, onder wie ook enkele Belgen. De impact van de nieuwe regeling is weergegeven in onderstaande tabel. Daaruit is op te maken dat er voor doctoraatsstudenten uit de EU of uit landen waarmee een verdrag is afgesloten, niets verandert: zij waren al volledig beschermd en dat blijft ook zo. Voor post-doctoraalstudenten uit deze landen verandert er wel heel wat: zij betalen vandaag meestal geen sociale bijdragen en kunnen alleen via een omweg (het studentenstatuut) van enkele sociale rechten genieten. In de toekomst zullen de sociale bijdragen voor hen even hoog zijn als voor andere werknemers en in ruil krijgen ze een volledige bescherming. Onderzoekers (doctoraal en post-doctoraal) die uit een land komen waar België geen verdrag mee heeft, moeten alleen bijdragen betalen voor ziekte en arbeidsongeschiktheid, kinderbijslag, arbeidsongevallen en beroepsziekten. Aangezien zij slechts tijdelijk in ons land verblijven en aangezien België de opgebouwde rechten niet kan overdragen naar hun thuisland, heeft het geen zin om hen ook voor pensioenen en werkloosheid bijdragen te laten betalen. Het KB is nu naar de Raad van State verstuurd, die binnen de maand een advies moet uitbrengen. Als alles verloopt zoals gewenst, gaat de nieuwe regeling op 1 april in./. Onderwerping sociale zekerheid Nu Toekomst Doctoraal EU of verdrag Volledig Volledig Andere landen Volledig Gedeeltelijk Post-doctoraal EU of verdrag Geen Volledig Andere landen Geen Gedeeltelijk (*) tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.