De Hoge Gezondheidsraad waarschuwt voor schistosomiasis
De Hoge Gezondheidsraad beveelt aan om een onderzoek te verrichten naar antistoffen tegen schistosomen bij personen die zich sinds 2011 in het zuiden van Corsica hebben begeven en die in zoet water hebben gebaad in meer bepaald de rivier Cavu.
Haarden van urinaire bilharziose in de rivier Cavu
Er bevinden zich in een rivier in het zuiden van Corsica haarden van urinaire bilharziose (of schistosomiasis). Het betreft de rivier Cavu bekend voor haar natuurlijke zwembaden die verleidelijk zijn voor de toeristen. Momenteel zijn er sinds 2011 elf gevallen van bilharziose beschreven bij Franse en Duitse toeristen die in de rivier Cavu hebben gebaad[1].
Schistosomen
Het blijkt dat bepaalde zoetwaterslakken (Bulinus spp) zich hier ophouden. Zij fungeren als tussengastheer (de mens is de definitieve gastheer) van Schistosoma haematobium (agens van de urinaire bilharziose). De geïnfecteerde slakken laten tijdens de warme uren overdag larven vrijkomen, die door de huid van de baders kunnen dringen (wat soms een lokale reactie veroorzaakt) en die zich in hun portaal stelsel kunnen vestigen. De schistosomen zullen zich verder ontwikkelen en uitgroeien tot volwassen wormen. De bevruchte vrouwtjes zullen hun eitjes leggen in de plexus venosus rond de blaas en deze zullen door de wand van de blaas in de urine terechtkomen. Wanneer de eitjes worden uitgescheiden in het water, waarin de slakken zich bevinden, zullen de larven de slakken infecteren en is de cirkel van de cyclus van de urinaire bilharziose rond.
Symptomen
Wanneer het aantal infecterende parasieten laag is, zijn de symptomen beperkt of zelfs onbestaande. Het infestatiesyndroom (ook wel het Katayamasyndroom genoemd), dat zich voordoet in de weken die volgen op de besmetting, wordt zelden gerapporteerd. Het gaat om een griepsyndroom (koorts, myalgie, huiduitslag) met een belangrijke eosinofilie.
De klassieke klinische symptomen verschijnen meerdere maanden na het baden. Ze zijn het gevolg van de fibrosereactie die veroorzaakt wordt door de eitjes en hun passage in de weefsels. Kenmerkende symptomen zijn een blaasontsteking, hematurie en eosinofilie. Op termijn kan de infectie evolueren naar verdere fibrotische reactie van vesicale of uro-genitale weefsels.
Aanbevelingen
Om te vermijden dat deze infecties zich klinisch manifesteren, is het wenselijk om de opsporing ervan niet te lang uit te stellen. Bijgevolg bevelen we aan om een onderzoek te verrichten naar antistoffen tegen schistosomen bij personen die zich sinds 2011 in het zuiden van Corsica hebben begeven en die in zoet water hebben gebaad, meer bepaald in de rivier Cavu. Bij een positief resultaat kan een doeltreffende behandeling (praziquantel) worden overwogen, weliswaar na evaluatie van de eventuele letsels.
Franse gezondheidsautoriteiten
De Franse gezondheidsautoriteiten en meer bepaald de HCSP (Haut Conseil de la santé publique)[2] en het Agentschap voor voeding, milieu en werk (ANSES)[3] hebben respectievelijk een advies en een wetenschappelijk onderbouwde nota gepubliceerd betreffende het opsporen en het behandelen van Schistosoma haematobium. Beide instellingen hebben op hetzelfde moment geantwoord op een reeks vragen van de Generale directie voor de gezondheid.
Voor verduidelijkingen en bijkomende informatie kunt u de referenties raadplegen en ook de artsen van de centra voor reisgeneeskunde (travel clinics).
-
ECDC Local transmission of Schistosoma haematobium in Corsica, France. 16 May 2014.
http://www.ecdc.europa.eu/en/publications/Publications/schistosoma-haematobium-risk-assessment-France-Germany.pdf -
Haut Conseil de santé publique (HCSP). Avis relatif au dépistage et au traitement des infections à Schistosoma haematobium; 23 mai 2014.
http://www.hcsp.fr/Explore.cgi/Telecharger?NomFichier=hcspa20140523_bilharzschistosomahaematobium.pdf - ANSES. Note d’appui scientifique et technique de l’Agence nationale de sécurité sanitaire de l’alimentation, de l’environnement et du travail relatif au signalement de cas groupés de bilharziose autochtone en Corse du Sud ; Mai 2014. http://www.anses.fr/fr/documents/EAUX2014sa0119_0.pdf
Voor meer informatie kunt u zich wenden tot:
Wendy Lee, communicatieverantwoordelijke, GSM : 0477/98.01.02, e-mail : wendy.lee@gezondheid.belgie.be