Openbaar ambt: wijziging van verschillende bepalingen rond flexwerk
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Ambtenarenzaken Steven Vandeput een ontwerp van koninklijk besluit goed met verschillende bepalingen rond flexwerk.
Het ontwerp van koninklijk besluit stuurt de bestaande verlof- en werktijdregeling bij voor personeelsleden van het federaal administratief openbaar ambt. De verschillende maatregelen zijn te groeperen in drie krachtlijnen:
1. Voltijds werk efficiënter organiseren:
- door het kader voor telewerk en satellietwerk te verbeteren en een mechanisme van (tijdelijk) 'lichter werk' te creëren
2. Deeltijdwerk efficiënter en transparanter organiseren door:
- de uniformisering van de ouderschapsverloven
- de procedures voor de vaststelling van de werkkalender bij deeltijdwerk
- de invoering van een 90%-regeling voor onder andere alleenstaande personeelsleden met (jonge) kinderen.
Zo kunnen werk, vrije tijd en de zorg beter combineerbaar worden voor deeltijdse en voltijdse personeelsleden.
3. Voltijdse afwezigheid voor zorg en of vrije tijd toegankelijk en haalbaar maken voor iedereen door:
- de creatie van een "tijd"-spaarrekening
- zorgverlof voor alle personeelsleden mogelijk te maken
- de mini-loopbaanonderbreking bij ziekte van een kind voor (alle) jonge ouders
- de uitbreiding van het voltijds onbezoldigd verlof en de versoepeling van de modaliteiten
Het ontwerp van koninklijk besluit wordt in de eerste plaats onderhandeld met de representatieve vakorganisaties in het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten en nadien voor advies voorgelegd aan de Raad van State.
De ministerraad heeft de minister van Ambtenarenzaken ook belast met de uitwerking van een éénvormig verlofstelsel voor het federaal administratief openbaar ambt, conform het regeerakkoord. De ministerraad gaat akkoord met de volgende principes, die zullen opgenomen worden in een koninklijk besluit, dat uiterlijk op 31 januari 2017 moet worden voorgelegd:
- een identiek aantal verlofdagen voor de federale personeelsleden, zoals wettelijk en reglementair bepaald
- het plaats- en tijdsonafhankelijk werken met het niet-prikken als uitgangspunt
- geen collectieve dienstvrijstellingen per individuele FOD, POD, OISZ, ION
- de 38-urenweek als basisprincipe
- elke afwijking voor het personeelslid moet worden vastgelegd via koninklijk besluit, na overleg in de ministerraad