24 mei 2006 12:32

Voorontwerpen tegen discriminatie

België is pionier in de strijd tegen discriminatie

België is pionier in de strijd tegen discriminatie

Op voorstel van de heer Christian Dupont, Minister van Gelijke Kansen, heeft de Ministerraad de volgende punten na eerste lezing goedgekeurd: - het voorontwerp van de "racismewet" dat de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde daden ingegeven door racisme en xenofobie verbetert; - het voorontwerp van de "genderwet" dat de wet van 7 mei 1999 over de gelijke behandeling van mannen en vrouwen verbetert; - en het voorontwerp van "algemene wet" dat de wet van 25 februari 2003 tot bestrijding van de discriminatie verbetert. De drie wetten waarvan de materie voordien vervlochten was, zullen voortaan elk afzonderlijk worden toegepast op basis van een parallelle structuur, met duidelijkere en meer pedagogische en samenhangende teksten. Concreet betekent dit dat de rechters makkelijker en sneller een beroep zullen kunnen doen op de ene of de andere wet, naargelang het soort discriminatie waarmee ze te maken krijgen. Deze nieuwe wetteksten hebben niet alleen tot doel bepaalde technische problemen te verbeteren die nog bestonden in de drie wetten, maar ook de laatste Europese richtlijnen ter zake om te zetten. Door de wetgeving inzake antidiscriminatie te harmoniseren en bij voorbaat tegemoet te komen aan de Europese eisen, toont België zich eens te meer de pionier in de strijd tegen elke vorm van discriminatie. Bovendien bevindt België zich eens te meer in de kopgroep van Europese landen, omwille van de uitbreiding van het toepassingsgebied van deze wetten naar alle domeinen van het actieve leven, met inbegrip van de goederen en diensten. Op dit moment wordt een Europese richtlijn in die zin voorbereid, maar deze zou pas over enkele jaren in werking treden. Om ten slotte tegemoet te komen aan het arrest van het Arbitragehof, zullen de teksten voortaan een verwijzing inhouden naar een objectievere lijst met discriminatiecriteria, die overeenkomt met de lijst van het Handvest van de fundamentele rechten van de Europese Unie. Er werden nog andere technische wijzigingen aangebracht wat betreft de snelheid van uitvoering van de vonnissen, de betaling van de vergoedingen voor de burgerlijke rechtbank, de bescherming tegen eventuele vergeldingen, enz. Het belang van deze nieuwe bepalingen is vanzelfsprekend: nu meer dan ooit moeten onze wetten onberispelijk zijn. Door de slachtoffers van discriminatie meer doeltreffende en meer betrouwbaarde middelen te bieden, worden zij ertoe aangezet elke vorm van discriminatie systematisch aan te klagen. Op die manier kan er een einde worden gesteld aan de vooroordelen en de haatdragende uitlatingen die nog te veel worden getolereerd in onze samenleving.