De klinische seksuologie: opleiding en functie beter te omkaderen
De Hoge Gezondheidsraad (HGR) verstrekt in dit advies een definitie, een beschrijving van de beroepsactiviteit en een competentieprofiel van de klinisch seksuoloog als een gezondheidszorgbeoefenaar in België.
Garantie kwaliteitsvol zorgaanbod
De praktijkvoering van de klinische seksuologie is meervoudig en breed. Opdat iedereen met vragen rond zijn/haar seksuele gezondheid op een kwaliteitsvol zorgaanbod beroep kan doen, is het belangrijk om de functie van beoefenaar van de klinische seksuologie wettelijk te omkaderen. Daarom is een erkenning van de klinisch seksuoloog als een autonome beoefenaar van de gezondheidszorg nodig.
Definitie klinisch seksuoloog
De klinische seksuologie is geen specialisatie van een ander gezondheidsberoep, maar een volwaardig gezondheidsberoep. De HGR definieert de klinische seksuologie als volgt: "een klinische discipline waarin theorieën, methoden en technieken uit de biomedische en psychosociale wetenschappen worden ontwikkeld en autonoom worden toegepast door een daartoe specifiek opgeleide professional, met als doel de seksuele gezondheid van alle gezonde of zieke personen, koppels, gezinnen, groepen of gemeenschappen te verbeteren.”
Competentieprofiel en opleidingstraject
De HGR heeft een competentieprofiel voor de klinisch seksuoloog opgesteld. Voor een autonome uitoefening van de klinische seksuologie wordt een opleidingstraject aanbevolen dat uit drie fases bestaat:
1. een universitaire opleiding, inclusief een praktische stage (hetzij een master in de seksuologie of voor wie reeds een master in een gezondheidszorgberoep behaalde een universitaire permanente vorming);
2. een periode van gesuperviseerde praktijk van maximum 3 jaar, waarna de titel van klinisch seksuoloog wordt toegekend;
3. een permanente vorming, met inbegrip van vormingen en intervisies, met accreditaties toegekend per periode van 3 jaar, om de titel van klinisch seksuoloog te kunnen behouden.
Een groot onderdeel van de opleiding moet dus aan de praktijk worden gewijd. Ze moet multidisciplinair zijn. Bovendien moet een klinisch seksuoloog zich kunnen bekwamen in de psychotherapie.
Controlestructuur
De HGR beveelt overigens aan om een controlestructuur op te richten, vergelijkbaar met een orde van de gezondheidszorgberoepen, met het oog op het uitwerken en doen naleven van een deontologische code.
Het volledige advies nr. 9333 is te vinden op de website van de Hoge Gezondheidsraad: http://www.health.belgium.be/nl/advies-9333-klinische-seksuologie
Voor meer informatie kunt u zich wenden tot:
De experten :
- NL: Paul Enzlin, tel.: 016/34.13.04, GSM: 0470/40.43.10,
e-mail: paul.enzlin@uzleuven.be
- FR: Fabrice Jurysta, tel.: 064/23.35.50, GSM: 0495/51.49.41, e-mail: fabrice.jurysta@jolimont.be
De website van de Hoge Gezondheidsraad: www.hgr-css.be