Sigarettenfilters doen meer kwaad dan goed
Op vraag van de minister van Leefmilieu maakte de Hoge Gezondheidsraad de balans op over het effect van sigarettenfilters op mens en milieu. Uit de analyse blijkt dat filters in sigaretten de kwalijke gezondheidsgevolgen van roken in feite niet verminderen. Vanuit volksgezondheidsperspectief bieden ze geen enkel voordeel, terwijl ze wel vervuilend zijn voor het milieu. De Hoge Gezondheidsraad beveelt dan ook aan om een algemeen verbod op sigarettenfilters in te voeren, zowel op nationaal niveau als op internationaal, en dus Europees, niveau.
Filters voorkomen nadelige gezondheidseffecten van roken niet
Roken is een van de belangrijkste voorspellers voor vroegtijdig overlijden en verlies aan levenskwaliteit. Jaarlijks sterven meer dan 14 000 Belgen aan de gevolgen van roken. Desondanks blijft zo’n 1 op 5 Belgen verknocht aan de sigaret.
Al jarenlang gebruiken rokers in het algemeen filtersigaretten. Er is echter geen enkel wetenschappelijk argument om het gebruik ervan aan te moedigen. Ze creëren namelijk een vals gevoel van veiligheid. De roker neemt verkeerdelijk aan dat de filter de ongezonde effecten van tabaksrook vermindert. Maar het tegendeel is waar: alhoewel de filter een deel van de roetdeeltjes en de nicotine tegenhoudt, doet een verandering van het verbrandingspatroon de vorming van belangrijke kankerwerkende stoffen toenemen. Rokers inhaleren bovendien vaker en/of dieper om de verminderde opname van nicotine door de aanwezigheid van een filter, te compenseren. In plaats van te beschermen tegen longkanker, hebben de filters doorheen de jaren vooral een verschuiving van het longkankertype in de hand gewerkt.
Sigaretten zonder filter zouden minder aanzetten tot roken
Filters geven een ‘aangenamer’ mondgevoel, verminderen gevoelsirritatie van de luchtwegen en voorkomen dat er tabak in de mond terechtkomt. Studies suggereren daarom dat een verbod op filters het roken net minder aantrekkelijk zou maken. Een filterban zou het totaal aantal gerookte sigaretten dus onrechtstreeks kunnen doen dalen.
Sigarettenpeuken: een enorm milieuprobleem
Volgens wereldwijde schattingen komen jaarlijks 4,5 miljard sigarettenpeuken in het milieu terecht. Ook bij ons is deze vorm van vervuiling een belangrijk probleem. Tellingen per stuk van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) tonen aan dat sigarettenpeuken 41% van het Vlaamse zwerfvuil uitmaken.
Dat sigarettenfilters een slechte invloed hebben op het milieu, is nochtans klaar en duidelijk. De afbraak van sigarettenfilters gaat zeer langzaam en geeft aanleiding tot microplastics, kleine plastiekdeeltjes waarvan het effect op mens, dier en milieu nog grote vraagtekens oproept. Uit studies blijkt ook dat toxische reststoffen in sigarettenpeuken verschillende negatieve effecten hebben op waterorganismen, op de kieming en groei van planten en op sommige zangvogels die de peuken in hun nest gebruiken. Zowel microplastics als schadelijke stoffen kunnen vervolgens doorsijpelen naar de voedselketen, met alle mogelijke gevolgen van dien.
Bio-afbreekbare alternatieven zijn volgens de Hoge Gezondheidsraad ook geen goed idee. Ook al zouden ze een deel van het microplasticsprobleem wegnemen, er zouden nog steeds toxische restproducten in het milieu terechtkomen. Rokers zouden bovendien misschien zelfs sneller geneigd zijn om hun sigarettenpeuk op de grond te gooien vanwege het misleidende ‘groene’ imago.
Verbied sigarettenfilters
Het wegnemen van de filter in sigaretten zou
- de nadelige gezondheidseffecten van roken globaal genomen niet verergeren,
- het totaal aantal gerookte sigaretten kunnen verminderen, en
- een deel van de oplossing bieden voor een vermijdbaar milieuprobleem.
Om die redenen beveelt de Hoge Gezondheidsraad dan ook een algemeen filterverbod aan, in overeenstemming met het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie. Men zou filters moeten beschouwen als moeilijk afbreekbare kunststofproducten voor eenmalig gebruik (single-use plastics), net zoals plastieken wegwerpzakjes bijvoorbeeld. De Hoge Gezondheidsraad is zich bewust van de internationale aard van deze problematiek en pleit er dan ook voor om dit verbod zowel op nationaal niveau als op internationaal, en dus Europees, niveau door te voeren.
Tot slot is en blijft de Hoge Gezondheidsraad voorvechter van een rookvrije toekomst: inzetten op preventie en rookstop moet een prioritair aandachtspunt blijven om de volksgezondheid te beschermen.